Eigen schuld na botsing met fiets
De 62 jarige Coby komt in een fietstunnel ten val en loopt verwondingen op. Het ongeval vindt plaats doordat Coby in de fietstunnel met haar fiets op een andere fiets botst die (deels) op het fietspad ligt.
Henri heeft die fiets op het fietspad neergelegd en laten liggen.
Coby is voor ziektekosten verzekerd bij DFZ. DFZ heeft een bedrag van € 2.068,96 betaald voor geneeskundige behandelingen van Coby.
DFZ is van mening dat Henri aansprakelijk is voor de schade van Coby als gevolg van het ongeval.
Henri erkent aansprakelijk te zijn voor de geleden schade, maar meent dat Coby in belangrijke mate heeft bijgedragen aan het ontstaan van het ongeval, zodat de schade voor het grootste deel voor rekening van DFZ moet blijven.
Beoordeling door kantonrechter
De kantonrechter stelt voorop dat niet in geschil is dat Henri aansprakelijk is voor de geleden schade.
De zaak gaat over de vraag of er sprake is van ‘eigen schuld’ van Coby, zoals bedoeld in artikel 6:101 BW en zo ja, of de schade gelet daarop voor het grootste deel voor rekening
van DFZ moet blijven.
Naar het oordeel van de kantonrechter moet de schade voor 25% aan Coby worden toegerekend.
Daartoe wordt het volgende overwogen. Vast staat dat Henri zijn fiets in de fietstunnel zodanig heeft neergelegd, dat deze voor een belangrijk deel op het fietspad lag. De
omstandigheid dat de fiets op deze wijze op het fietspad is achtergelaten, heeft ertoe geleid Coby met haar fiets in botsing is gekomen met die fiets, waardoor het ongeval is ontstaan. In zoverre
heeft die omstandigheid dus in belangrijke mate tot het ontstaan van het ongeval bijgedragen.
Daar staat tegenover dat Coby stelt dat zij vanuit de stromende regen met beslagen bril de tunnel inreed, zodat zij de op het fietspad liggende fiets niet kon zien, en dat zij
geprobeerd heeft de fiets te ontwijken, maar dat dit niet is gelukt. Uit deze verklaring kan niet anders worden afgeleid dan dat Coby zonder goed zicht te hebben de fietstunnel is
ingereden.
Gelet op de foto’s van de situatie ter plaatste, moet ervan worden uitgegaan dat een gemiddelde fietser met normaal zicht een op het fietspad liggende fiets tijdig had kunnen zien en deze had kunnen ontwijken.
De conclusie is dat de door DFZ gestelde schade voor 75% moet worden vergoed.
De hierboven weergegeven casus is een samenvatting, de volledige uitspraak is te vinden via de onderstaande link met rechtspraak.nl:
http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBALK:2012:BX5734