Kort geding verkoop en levering van woning

 

Partijen zijn in 2008 met elkaar gehuwd.

 

Inmiddels is tussen partijen een echtscheidingsprocedure aanhangig.

 

Partijen hebben gezamenlijke eigendom van de voormalig echtelijke woning. Deze woning staat sinds december 2011 te koop.

 

In september 2013 is een bod uitgebracht op deze woning van € 177.000,=. De ING Bank NV, de hypotheekneemster, en de man konden instemmen met dit bod maar de vrouw heeft dit bod geweigerd. In november 2013 is een nieuw voorstel om de vraagprijs van de woning te verlagen door de vrouw afgewezen.

 

In het kader van de echtscheidingsprocedure heeft de vrouw op 14 november 2013 het voortgezet gebruik van de echtelijke woning verzocht. De man verzet zich tegen het gebruik en het betrekken door de vrouw en de minderjarige van partijen van de echtelijke woning, omdat hij vreest dat de vrouw in die situatie niet zal meewerken aan het verkopen van de woning. De man heeft belang bij een snelle verkoop van de woning wegens de lasten die de man voor zijn rekening neemt: in totaal € 1.225,= per maand aan (bruto) hypotheekrente en daarnaast de energie-, onderhouds- en verzekeringslasten.

 

De man vordert in kort geding dat de vrouw dient mee te werken aan verkoop en levering van de woning en dat de vrouw daarbij alle redelijkerwijs noodzakelijke medewerking dient te verlenen aan de man, de bank, de makelaar en de notaris en de adviezen op te volgen van de bank, de makelaar en/of de notaris, waaronder verlaging van de vraagprijs tot € 177.500,=.

 

Daarnaast dient het de vrouw verboden te worden om de woning te betreden, te betrekken en te gebruiken.

 

De vrouw voert hiertegen verweer. De vrouw stelt dat niet alleen het verlagen van de vraagprijs de verkoop van de woning kan stimuleren maar ook het feit dat de bewoonde woning wordt opgenomen in de open huis route, hetgeen thans niet het geval is. De sfeer van een bewoonde woning zou in dat verband van positieve invloed kunnen zijn op de verkoop. Gelet op het voorgaande heeft zij in de echtscheidingsprocedure een aanvullend zelfstandig verzoek gedaan met betrekking tot het voortgezet gebruik van de echtelijke woning. In de door de vrouw gewenste situatie dat de man de woonlasten van de echtelijke woning blijft voldoen, brengt dit voor de vrouw verlaging van haar maandlasten met zich.

 

Oordeel voorzieningenrechter


De voorzieningenrechter oordeelt in deze als volgt

 

Vast staat dat de woning op dit moment door geen van partijen wordt bewoond zodat beide partijen belang hebben belang bij een spoedige verkoop van de woning. Voor een spoedige verkoop van een woning zijn diverse omstandigheden van belang, waaronder een (marktconforme) prijs, de sfeer van de woning en de ligging van de woning.

 

Gelet op de betwisting door de man is door de vrouw onvoldoende gesteld om te kunnen concluderen dat een terugkeer van de vrouw met de minderjarige [X] in de woning tot een snellere verkoop van de woning zou leiden in vergelijking met de huidige situatie waarin de woning niet wordt bewoond. Het is een feit van algemene bekendheid dat de huizenmarkt het in de afgelopen jaren zwaar te verduren heeft gehad. Toch is gebleken dat er in ieder geval in 2013, in een periode van leegstand, wel regelmatige belangstelling voor het huis is geweest. Dat de woning toen niet is verkocht omdat de woning niet was bewoond, is niet gesteld of gebleken.

 

Dat de financiële lasten van de vrouw lager worden, is een stelling van de vrouw die naar het oordeel van de voorzieningenrechter eveneens moet worden gepasseerd. Gebleken is immers dat de man niet bereid is om de woonlasten en de overige lasten van de woning voor zijn rekening te blijven nemen in de situatie dat de vrouw in de woning zou terugkeren, zodat in dat geval deze lasten voor rekening van de vrouw dienen te komen. Ter zitting heeft de vrouw gesteld dat de netto hypotheeklast voor haar € 650,= per maand zou gaan bedragen hetgeen fors hoger is dan de door de man in de dagvaarding gestelde huurlasten die zij op dit moment heeft en die door de vrouw niet zijn weersproken.

 

Op grond van het voorgaande blijkt de voorzieningenrechter niet van een redelijk belang voor de vrouw bij een terugkeer in de voormalig echtelijke woning.

 

De voorzieningenrechter is van oordeel dat de vorderingen van de man toegewezen moeten worden, zij het met enige aanpassingen. Ter zitting is immers gebleken dat partijen overeenstemming hebben over de nieuwe vraagprijs van de woning van € 179.500,= k.k. Op basis van deze overeenstemming wordt de toewijzing van de vordering onder I. gewijzigd wat betreft de gevorderde vraagprijs.

 

Daarnaast is de voorzieningenrechter van oordeel dat de medewerking van de vrouw mag worden verlangd voor zover de verkoopprijs overeenkomt dan wel nagenoeg overeenkomt met de hiervoor genoemde vraagprijs.

 

Dat de vrouw de adviezen van de makelaar en/of notaris dient op te volgen, wordt afgewezen, nu dit deel van de vordering te onbepaald is.

 

Beslissing voorzieningenrechter

 

De voorzieningenrechter:

 

I. Beveelt de vrouw om mee te werken aan de verkoop en levering van de in gemeenschappelijk eigendom zijnde woning in het geval een verkoopprijs wordt gerealiseerd die overeenkomt met of nagenoeg gelijk is aan de ter zitting overeengekomen vraagprijs van € 179.500,= (k.k.) en daarbij dient de vrouw alle redelijkerwijs noodzakelijke medewerking te verlenen aan de makelaar en de notaris.

II. Verbiedt de vrouw de woning te (gaan) betrekken en te (gaan) gebruiken.

III. Veroordeelt de vrouw om aan de man te voldoen tegen behoorlijk bewijs van kwijting een dwangsom van € 250,= per dag dat de vrouw in gebreke blijft te voldoen aan hetgeen onder I. en II. is bepaald, zulks met een maximum van € 10.000,=.

 

De hierboven weergegeven casus is een samenvatting, de volledige uitspraak is te vinden via de onderstaande link met rechtspraak.nl:  

 

 

uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBOVE:2014:263

 

  

Home 

 

Wilt u meer weten over het bovenstaande onderwerp, of heeft u andere vragen aan Schölvinck-Incasso? Dan kunt u mij bereiken via 06 - 46 40 63 26, of gebruik het formulier hieronder om contact met mij op te nemen. U krijgt binnen 24 uur een reactie op uw e-mail.

Opmerking: De met * gemarkeerde velden zijn verplicht.