Startende ondernemer doet met succes een beroep op financieringsvoorbehoud.

 

Vanaf eind 2012 is Remco in gesprek geweest met Sanisale over het sluiten van een franchiseovereenkomst. Die overeenkomst is tot stand gekomen op 18 maart 2013.

 

Omstreeks half januari 2013 zijn Remco en Sanisale op zoek gegaan naar een geschikte locatie waar Remco zijn Sanisale.com vestiging zou gaan exploiteren. Op 25 juni 2013 is tussen Remco en Scheveningen een huurovereenkomst gesloten. In die huurovereenkomst is opgenomen de bepaling:

 

“Huurder is met verhuurder overeengekomen, dat huurder een voorbehoud maakt om de exploitatie van de nog op te richten zaak te kunnen financieren, de datum van voorbehoud financiering vervalt zes weken na dagtekening van deze huurovereenkomst.”

 

Remco heeft een beroep gedaan op dit financieringsvoorbehoud.

 

Scheveningen laat het hier niet bij zitten en besluit Remco te dagvaarden voor het kantonrgerecht (red).

 

Vordering

 

Scheveningen vordert:

 

- primair voor recht te verklaren dat Remco is tekortgeschoten in de nakoming van zijn contractuele verplichtingen jegens Scheveningen, althans toerekenbaar onrechtmatig heeft gehandeld en mitsdien aansprakelijk is voor de daardoor veroorzaakte schade;

- subsidiair voor recht te verklaren dat Remco zich jegens Scheveningen niet heeft gedragen overeenkomstig de eisen van redelijkheid en billijkheid;

- en voorts veroordeling van Remco tot betaling van € 55.330,48 aan schadevergoeding alsmede tot betaling telkens voor de eerste van iedere kalendermaand vanaf 1 januari 2014 tot het moment dat de huurovereenkomst is geëindigd of Scheveningen een nieuwe huurder heeft gevonden.

 

Volgens Scheveningen rustte op Remco een expliciete inspanningsverplichting om de nodige activiteiten en inspanningen te verrichten teneinde de voor exploitatie benodigde financiering rond te krijgen. Daarbij zou mogen worden verwacht dat er tenminste twee gedocumenteerde financieringsafwijzingen zouden worden overgelegd. Remco heeft echter een financieringsvoorstel onder gebruikelijke condities van Rabobank van de hand gewezen zonder daarover met Sanisale in overleg te treden en heeft zich daarmee niet van zijn inspanningsverplichting gekweten. Daardoor komt hem op grond van de redelijkheid en billijkheid geen beroep toe op het financieringsvoorbehoud.

 

Beoordeling door de kantonrechter

 

De vordering wordt afgewezen. Met Scheveningen is de kantonrechter van oordeel dat het financieringsvoorbehoud meebrengt dat op Remco een inspanningsverplichting is komen te rusten om de benodigde financiering rond te krijgen. Scheveningen heeft echter zelf gesteld dat Sanisale op verzoek van Remco de financieringsaanvraag in gang heeft gezet en dat daartoe onder meer een haalbaarheidsonderzoek door IMK Projecten is uitgevoerd, waarvan een rapport is opgesteld op 8 juli 2013. Remco heeft in samenwerking met Sanisale een ondernemingsplan ingediend bij zowel ABN Amro alsook Rabobank. Er zijn diverse besprekingen geweest met zowel ABN Amro en Rabobank. Inmiddels was de ervaring van Sanisale dat het bij ABN Amro onmogelijk was om in de betreffende branche de financiering rond te krijgen. Daarop hebben wederom meerdere gesprekken plaatsgevonden met Rabobank. Dat heeft uiteindelijk geleid tot een concept financieringsvoorstel van Rabobank Westland van 2 augustus 2013, maar Remco is daarop niet ingegaan, aldus Scheveningen. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft Remco zich daarmee weldegelijk en ook voldoende ingespannen om financiering te verkrijgen voor zijn onderneming. Twee gedocumenteerde financieringsafwijzingen zijn onder deze omstandigheden, mede gelet op de tekst van de financieringsvoorbehoud en de betekenis die partijen daaraan mochten toekennen, geen vereiste voor het mogen inroepen ervan.

 

Scheveningen verwijt Remco vooral dat hij het concept financieringsvoorstel van Rabobank Westland van 2 augustus 2013 van de hand heeft gewezen zonder overleg met Sanisale. De vraag is dan ook of hem dat ten opzichte van Scheveningen vrij stond. De redenen daarvoor zijn, zo heeft Remco op zijn beurt aangevoerd, dat Rabobank als eis stelde dat hij een bedrag van € 50.000,- aan eigen vermogen inbracht en dat Rabobank bovendien een derde hypotheekrecht wilde vestigen op zijn woning. Over een bedrag van € 50.000,- aan eigen vermogen beschikt hij niet en tot het laten vestigen van een derde hypotheekrecht waren hij en zijn vrouw niet bereid, omdat de woning daarmee ‘onder water’ kwam te staan, aldus Remco.

 

Uit de tekst van het financieringsvoorbehoud valt niet op te maken dat Remco jegens Scheveningen was gehouden een financieringslast op zich te nemen die hij als startend ondernemer onverantwoord achtte of dat hij ten opzichte van Scheveningen was verplicht over het voorstel van de bank in overleg te treden met Sanisale. De kantonrechter heeft evenmin reden om aan te nemen dat het beroep op het financieringsvoorbehoud naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Daarbij speelt een rol dat het financieringsvoorbehoud is overeengekomen in juni 2013, nog vóórdat het haalbaarheidsrapport van IMK Projecten was verschenen waaruit bleek hoe ver Remco zich in de schulden moesten steken, terwijl is gesteld noch gebleken dat Scheveningen voorafgaande aan het overeenkomen van het financieringsvoorbehoud bij Remco heeft geïnformeerd hoe ver hij inmiddels was gevorderd met het verkrijgen van een financiering. Meer of andere omstandigheden die bij dit oordeel zouden moeten worden betrokken heeft Scheveningen niet aangevoerd.

 

De hierboven weergegeven casus is een samenvatting en de naam Remco is in verband met de leesbaarheid van het artikel gefingeerd. De volledige uitspraak is te vinden via de onderstaande link met rechtspraak.nl:  

  

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBDHA:2014:16599

 

 

Home

 

Wilt u meer weten over het bovenstaande onderwerp, of heeft u andere vragen aan Schölvinck-Incasso? Dan kunt u mij bereiken via 06 - 46 40 63 26, of gebruik het formulier hieronder om contact met mij op te nemen. U krijgt binnen 24 uur een reactie op uw e-mail.

Opmerking: De met * gemarkeerde velden zijn verplicht.